Wanneer je meedoet aan een wedstrijd, is het natuurlijk de bedoeling dat je wint. Met exact die instelling ben ik vertrokken naar Athene, om de marathon te winnen.
Helaas stond ik te ver achter de Kenianen en Rwandees om met de kopgroep mee te gaan.
Dit is het wedstrijdverslag van de marathon. De hele beleving van een lang weekeinde Athene met marathon vind je hier.
Warming up
Dit verslag begint met de warming up, in het stadion van Marathonas. Het stadje waarnaar deze historische race vernoemd is. Ik ga er vanuit dat je dat verhaal ondertussen wel kent, en anders Google je het maar.
Het is 08.00 uur, en de winnaar loopt samen met zijn concurrenten het middenveld van het stadion op. We weten nog niet wie van de 5 het is, maar daar loopt de winnaar. Tussen alle andere renners beginnen ze aan de warming up.
Mijn warming up begint iets later. Om 08.15 uur loop ik vanaf een relaxed plekje op de koude betonnen tribune naar beneden. Richting mijn concurrenten…
Trainingsbroek uit, trui uit, en achterlaten voor ‘het goede doel’, de vele vluchtelingen in Griekenland. Tijd om rustig wat rondjes te gaan rennen, achter de Afrikanen aan.
Wat is dat toch een gaaf en bijzonder gevoel. Op historische grond je klaarmaken voor de moeder der marathons. De sfeer is goed en het opwarmen verloopt soepel. Dat mag ook wel, de wekker stond op 04.20 uur…
Klaar voor de start…
Na de warming up nog even een long energy drink en een magnesium shot naar binnen werken en dan het startvak opzoeken.
Van de 12 startvakken mocht ik in vak 5 starten. De geplande starttijd was 4.30 minuten na het vertrek van de elite. Ja, met zo’n achterstand haal je de kopgroep niet meer in…
Wat ik overigens gelijk even duidelijk wil maken, voordat ik het vergeet: De organisatie was fantastisch! Strak, duidelijk en absoluut prima voor elkaar.
Het ‘wachten’ in het startvak valt mee. De tijd is zo voorbij. Uiteraard wordt de marathon eed afgenomen, in het Grieks en het Engels. Daarna een (heel) kort moment van stilte ter nagedachtenis van de overledenen van de bosbranden in Griekenland eerder dat jaar.
Onderweg waren overal zwarte vlaggen, en je liep langs/door een gebied waar je duidelijk kon zien dat alles afgebrand was.
En we zijn weg!
De start was eigenlijk niet noemenswaardig. Het ging ontzettend beheerst en rustig.
Vlak na het startschot begonnen er een paar druppeltjes te vallen. Iedereen in het startvak moest er om grinniken. Wat een timing!
We zijn nog geen minuut onderweg en de regen komt goed naar beneden. Even een bui, die nog geen twee minuten aanhoudt. Genoeg om de straten en omgeving nat te maken, maar zelf had ik er eigenlijk geen enkele last van. De temperatuur was met 19 graden of daaromtrent dan ook eerder aangenaam dan ideaal.
De eerste vijf kilometer is het heel goed opletten waar je loopt. Helemaal aangezien er toch nog een (te) groot aantal deelnemers in het verkeerde startvak stonden. Die gingen beduidend langzamer en hielden menig hardloper op. Irritant.
(Mensen, start toch gewoon in het startvak op basis van je tijd!)
Na het regenbuitje kwam de zon wat doorzetten. Heerlijk voor de supporters. Als hardloper wat minder, want de luchtvochigheid schoot omhoog. De eerst 8 kilometer waren dan ook zeker zwaar daardoor.
Het tempo was gestaag, te hard van start gaan kon gewoon niet. Helemaal goed, want Athene is nog ver…
Monument van de slag om marathon en de olijventak
Ergens bij kilometer 5 draaien we linksaf van de grote weg. Dit is richting het herdenkingsmonument, en tevens begraafplaats, van de Grieken die gevallen zijn tijdens de slag om Marathonas met de Perzen. Het monument zelf heb ik niet gezien, het was nog te druk voor, naast en achter mij om in alle rust om me heen te gaan kijken.
Links langs de weg zie ik de eerste dame die olijventakjes uitdeelt aan de renners. Hier had ik al over gelezen, en natuurlijk wil ik graag zo’n olijventak bemachtigen om mee te nemen naar de finish. Nog voordat ik vanuit het midden aan de linkerkant van de weg belandt ben, worden er geen takjes meer uitgedeeld…
Jammer dan, doorlopen. Niet druk om maken.
Een goede kilometer verder, toevallig loop ik links van de weg, staat er een wat ouder manneke met olijventakjes. Hij haalt er net eentje uit een bosje als ik langskom suizen, kordaat gris ik de tak uit zijn handen en roep nog “efcharisto!” naar hem (bedankt). ‘Mijn’ tak steek ik in het racevest en neem ik vol trots mee naar Athene.
De eerste 10 kilometer
Deze gaan rustig en beheerst, af en toe ietsje gas terug, om niet te hard te gaan. Er komen nog wat heuvels waar de energie nog wel eens van pas kan komen. Het inhouden gaat goed, het ritme is prima en ik kijk nu lekker om me heen om ook te genieten.
Wat staan er veel enthousiaste Grieken langs de weg!
Mooi om te zien en te ervaren dat in alle dorpjes en gehuchten waar de doorgaande weg naar Athene doorheen loopt heel veel Grieken buiten staan om de hardlopers aan te moedigen. Die moeten aan het eind van de dag gewoon blaren in hun handen hebben van het klappen.
Dit stuk van de route is voornamelijk vlak, en daalt zelfs een heel klein beetje. Zo zal het niet blijven.
Richting de halve marathon
Vanaf kilometer 11 begint het klimmen. Tijdens de technische instructie, de avond ervoor bij de pasta party, werd er al gewaarschuwd: doe rustig aan!
Het stuk van 11 naar 18 kilometer werd geadviseerd om je krachten te sparen, het is een zwaar stuk.
Eerlijk gezegd viel dat nog wel mee. Maar, rustig en gestaag omhoog.
Alles wat omhoog gaat heb ik dan ook wat langzamer gelopen dan de vlakke of licht dalende stukken. Al met al bleef mijn gemiddelde tempo keurig rond de 5 minuten en 20 seconden per kilometer. Precies mijn streven voor de geplande ambitieuze tijd van 3 uur 45.
Kilometer 17 en 18 gingen goed en best steil naar beneden. Hier absoluut geen snelheid maken, maar gewoon laten ‘vallen’ en met kleine pasjes en hoge frequentie naar beneden gerend. Dit is dan ook het enige moment dat de gemiddelde snelheid boven de 5:20 uitkwam. Die kilometer ging in 4:53.
De halve marathon
En dan dus letterlijk, want er is nog 21,1 kilometer te gaan.
Ik voel me goed, het loopt lekker. Sinds kilometer 8 is er meer dan voldoende ruimte om me heen om een eigen tempo te lopen. Ondertussen hebben we al een mooi uitzicht over de Egeïsche Zee, al is het een beetje heiig.
De heuvel rechts van ons is zwart geblakerd. Het eerste struikgewas begint alweer te groeien. Oh ja, die bosbranden…
En telkens staan er weer, bij elk dorpje, hordes mensen ons lopers aan te moedigen. Schitterend!
Het valt op dat er heel veel kinderen met hardloopshirt, startnummer en medaille langs de kant van de weg staan. Zij hebben op de zaterdag de kidsrun volbracht en zijn daar trots op. Terecht!
De eerste helft van deze belevenis zit er op. De doorkomsttijd is 1 uur, 53 minuten en 57 seconden. De planning was 1:52:30. Gaat prima dus!
Ondertussen gaat de weg nog steeds omhoog…
Even vlak, en dan…
Het is hier even wat vlakker, toch besluit ik om niet harder te gaan rennen. 5:30 is prima.
Want, ik weet dat er nog een pittig heuveltje aankomt, en het duurt nog iets van 9 kilometer voordat ik daar ben. Voor de verandering ben ik ‘verstandig’ en luister ik naar de vele goedbedoelde adviezen van menigeen (waarvoor dank!)
Vanaf kilometer 25 wordt het toch echt klimmen, en dat voel ik. Het begint zwaarder te worden. De hartslag laat dat ook zien, en die kruipt heel langzaam iets omhoog. Gelukkig niet boven mijn AD. Het moment dat je de verzuring in gaat. Ik kom er wel in de buurt.
Mijn linkerkuit laat ook van zich horen. Het gaat langzaam richting een beetje kramp. Ik let er aandachtig op dat mijn loophouding goed blijft, want anders wordt het alleen maar erger. Meestal kan ik dan wel door de aankomende kramp heenlopen, en verdwijnt het weer.
Zo ook hier, de aankomende kramp in de linkerkuit zakt weer af.
Toch begin ik me hier toch wat zorgen te maken. Eigenlijk is de hartslag al te hoog voor waar ik ben in de race. Het is te vroeg om al boven de 180 te zitten. Daarom nog wat rustiger aan doen, zodat de hartslag ietsje kan dalen en ik door kan gaan.
De muur bij 31 kilometer
Dit is het laatste steile klimmetje. Je praat dan over ruim 3,5%.
Op zich is dat geen probleem, bij de Diepe Hel is het echt wel steiler. Alleen, dat is maar 300 meter. Hier bijna een kilometer lang. Nadat er al meer dan een halve marathon heuvelop afgelegd is!
Zucht.
Hier moet ik toch echt even gaan wandelen. Bagger, ik wil het niet, maar het kan echt niet anders. Dit is heel wat zwaarder dan het ‘vals plat’ wat Foppe mij beloofd heeft…
Er is nog een reden waarom ik hier even stil moet gaan staan.
De linkerkuit gaat wel goed. Maar het linkerbovenbeen, rechterbovenbeen en de rechterkuit vinden dat het nu tijd wordt om krampachtig te gaan doen.
Dit is behoorlijk pijnlijk, en met een verbeten gezicht ga ik even wat wandelen, om vervolgens tot stilstand te komen en de spieren even te masseren. Daarna langzaam weer lopen en bovenaan, waar het afvlakt, toch weer een dribbelpasje in te zetten.
De spieren op die drie plekken voel ik nog goed.
9 kilometer naar beneden
Hier had ik naar uitgekeken! Het leek me heerlijk om hier te gaan stofzuigen. Oftewel, andere lopers in te halen.
Het mag niet zo zijn. Er is één kilometer (#34) waar ik nog een tempo van 5:40 neer kan zetten.
De pijn overheerst. Op zich valt er wel door de pijn heen te lopen. Echter, wanneer ik een sneller stapje dan normaal opzij moet zetten, voel ik dat de kramp heel, maar dan ook heel erg dichtbij zit!
Als ik probeer om hier doorheen te gaan lopen, dan kan ik waarschijnlijk in no-time naar de kant, volop in de kramp. Dat zie ik niet zitten. Nee, dan maar wat doorsappelen (op karakter) en af en toe toch weer even stil staan om de spierbundels boven m’n knieën wat te masseren.
De laatste twee kilometer
Tjonge, wat is dat nog een eind! Ik maak de fout door te vaak op het horloge te kijken. Daardoor duurt het nog langer. Ik kan niet wachten tot ik er ben.
Ondanks dat ik volgens planning overal voeding tot me heb genomen, merk ik ook dat ik ‘leeg’ ben. De hoogtemeters hebben gewonnen.
Ik zie een boog over de weg staan, en vermoed dat dit het begin van de laatste kilometer is. De vermoeidheid is te hoog om hier euforisch over te zijn.
Ondertussen gaven de oortjes aan dat de batterijen bijna leeg zijn. Ik heb ze uit voorzorg maar vast in m’n racevest gestopt. Die laatste kilometers gaat de muziek echt geen verschil maken. Nog één bocht….
De finish in het Panathinaiko Stadium
Op de heenreis naar het hotel reden we er al langs – wat een bouwwerk! Het stamt uit 1896 en was de finish van de allereerste (moderne) marathon. En daar ging ik naar toe. Als marathonner.
Voordat het zover is moet ik eerst nog een redelijk steile weg naar beneden rennen, tussen de hordes enthousiaste Grieken en supporters. Wat een feest!
Om daarvan te genieten is moeilijk. De pijn en de vermoeidheid doen goed hun best om alle aandacht op te eisen, en het lukt ze aardig.
Ik overweeg om de finish en het entree in het Panathinaiko Stadium te gaan filmen. Toch doe ik het niet, want ik zie dat de batterij bijna leeg is (live tracking…). De telefoon ga ik vast nog wel nodig hebben om mijzelf weer te verenigen met mijn supersupporter Alinda.
De laatste draai van de weg af, het stadion in. OK, opletten, hier echt even genieten! Fuck de pijn, je bent er bijna! Ik zeg het nog net niet hardop tegen mezelf.
Het lukt. De pijn is even weg wanneer ik het stadion betreedt en om me heen kijk naar de marmeren banken, vol met supporters. Wat een indrukwekkend complex is dit! De klok bij de finish zie ik langzaam verder tikken, en ik weet het.
De 3:45 was bij de 28 kilometer al niet echt realistisch meer, en ook de 4 uur heb ik laten varen toen er op 3 plekken tegelijk krampachtige verschijnselen waren.
De laatste meters naar de finish toe houd ik vol trots de olijventak omhoog, die ik eerder ‘gekregen’ heb om naar Athene te brengen. Ter nagedachtenis van de strijd tussen de Grieken en de Perzen om Marathonas. De reden waarom er ‘de marathon‘ is.
Het eindoordeel
Het kan niet anders gesteld worden: Ik ben tevreden
Ondanks de martelgang, ondanks het niet halen van het ambitieuze doel, of het ‘minimum haalbare’ doel. Wat een belevenis.
Het mooiste? Dat kan niet anders zijn dan het enthousiasme van het vele publiek langs de (saaie) route. Geweldig zoals de Grieken de marathonners aanmoedigen en aansporen om hardlopend de weg af te leggen van Marathonas naar Athene.
Voor het moment ben ik er even klaar mee! Wat een pokke-eind rennen is die marathon toch.
Lees ook het verhaal van alles om de marathon heen – de belevenis.
Knap hoor Han! Geniet van je prestatie.
Mooie prestatie Han! En een mooi verslag om te lezen (leuk die tussenstukjes). Wel jammer om te lezen dat je voorlopig klaar bent met de marathon 🙁 Maar dan kan ik misschien verslagen van andere loopjes lezen :-). Groet, Marsha
Dank je Marsha! Natuurlijk blijf ik wel rennen en af en toe wat schrijven. Zal iets minder vaak zijn verwacht ik.
Je hebt het super knap gedaan, en het is een mooie training voor de run van Winschoten. Ook daar kun je tijdens de 100km die je door het beloofde land mag rennen, genieten van de prachtige bouwwerken die het oog strelen. Het kan haast niet anders dan dat je in gedachten verzonken, fantaserend over de prachtige omgeving de afstand vergeet. Voor je het weet ben je 10 km te ver. Ik zie je in september 2020
Jij grapjas! Maar tof om te lezen dat jij de 100km van Winschoten gaat rennen.
Overigens, ‘het beloofde land’ klinkt voor mij niet als ‘Grunnen’. Prachtige bouwwerken heb ik daar ook niet veel gezien… Dat van die verzonken gedachten klopt wel, want je krijgt verdraaid weinig mee hoor, als je zo aan het rennen bent.
Respect man!!! Je mag super trots zijn op deze mega prestatie!!
Nu snap ik die olijftak!
Goed gelopen, ik ben trots op je!
Dank je zussie – en jij hebt weer wat geleerd 🙂
Super trots op je! En een mooie tijd om te verbeteren 🙂
Verbeteren? Ik dacht dat je wel even klaar was met mijn marathon….
Wat een leuk geschreven verslag over een prachtige marathon. En je hebt een knappe prestatie neergezet, gefeliciteerd!
Dank Dank! Leuk dat je het blog hebt gelezen en een reactie hebt geplaatst. Die neem ik mee in mijn enthousiasme tijdens de HM van morgen (Borne) :).